Over
Bokkenrijdersbenden (1741-1777)
Bokkenrijdersbenden hebben nooit bestaan. Het waren
waandenkbeelden in de hoofden van de gezagsdragers van de
Limburgse Landen van Overmaze.
Deze misdadigersbenden hadden een strakke organisatie en
duivelse rituelen, met als einddoel de vernietiging van de
bestaande maatschappij. Tenminste, dat was het beeld dat
opgebouwd werd uit de verklaringen van gefolterde
personen.
Het folteren van verdachten was toen in die landen een
wettelijk toegestaan middel bij de vervolging van
misdadigers. Er werd tegen de 'Bokkenrijders' overdadig
veel gebruik van gemaakt.
Verreweg de meeste mensen zijn na dagenlange martelingen
bereid alles te verklaren wat de rechters willen horen. En
namen van anderen te noemen. Ook deze anderen werden aan
folteringen onderworpen en bekenden meestal vroeg of laat.
Zo werden lange ketens van 'bewijzen' verzameld voor nog
meer arrestaties en terechtstellingen.
Nee, deze benden hebben nooit bestaan. Niet als
georganiseerde misdadigers, maar ook niet als
vrijheidsstrijders of voorlopers van de Franse Revolutie.
Zie ook: De Bokkenrijders door drs. F.L.
Augustus uit Heerlen (in nieuw venster)
Over Bokkenrijders
Wie zijn dan de Bokkenrijders in deze verzameling?
Het zijn die mannen en vrouwen die tussen 1741 en 1777
werden vervolgd omdat zij door de gerechten als
Bokkenrijders werden beschouwd. Daarbij is geen
onderscheid gemaakt tussen hen die ter dood werden
gebracht of hen die uiteindelijk werden vrijgelaten.
Onderzocht zijn de personen genoemd door Anton Blok in
zijn boek 'De Bokkenrijders' (Amsterdam 1991).
Kritiek op de samenstelling van deze lijst is natuurlijk
wel mogelijk. Maar het voordeel is een duidelijke leidraad
voor onderzoek. Tenslotte zijn de oorspronkelijke stukken
van de processen wijd verspreid of zelfs verloren gegaan.
In mijn onderzoek heb ik geprobeerd de identiteit van deze
mensen vast te stellen, hetgeen bij de meesten gelukt is.
Ik heb elementaire biografische gegevens verzameld:
geboorte- en sterfdata, huwelijken en huwelijkspartners,
kinderen en kleinkinderen. De resultaten kunt u hier
inzien.
Niet opgenomen zijn die personen waarvan geen huwelijk
bekend is.
Over deze verzamelaar
Ik stam af van drie veroordeelde Bokkenrijders: Pieter
Mengelers, Christiaen Ramaekers en Lins Schouteten.
Er zijn nog meer verwanten. Andries en Geerken Stijnen
waren zonen van mijn voorouder Andreas Stijnen. Joannes
Ronden was getrouwd met een dochter van Marten Wilms, een
voorouder. Leonard Pijls was een aangetrouwde kleinzoon
van voorvader Theodorus Slangen.
Maar ook aan de andere zijde tref ik familie aan.
Paes Limpens, schepen van de bank Oirsbeek in 1743 was de
zoon van een voorouder. De secretaris van die schepenbank
was toen Reinier Corten. Later was hij ontvanger-Generaal
van Oostenrijks Valkenburg en een strenge vervolger van
Bokkenrijders. Mijn voormoeder Anneke Corten was zijn
tante.
Ik ben ervan overtuigd dat mijn familie geen uitzondering
is. Dat er heel veel afstammelingen zijn van Bokkenrijders
in Limburg en daarbuiten.
Maar weinigen zijn zich daarvan bewust.
Hoeveel Bokkenrijders waren er?
Op de genoemde lijst van Blok staan 649 personen.
Onduidelijk is of zij ook allemaal door de rechtbanken
aangepakt zijn. Onduidelijk is ook hoeveel mensen hier
niet genoemd worden maar wel vervolgd werden. Er zijn zo
veel documenten verloren gegaan.
Tijdens zijn proces beschuldigde Dirk Hesseler 116 anderen
ervan deel uit te maken van de benden.
Een andere vraag is hoeveel mensen indirect werden
getroffen door de processen.
Op diverse plaatsen ben ik de volgende redenering
tegengekomen: "..alles bij elkaar zeshonderd bendeleden.
Het lijkt misschien veel, maar in feite was dat nog geen
twee procent van de totale bevolking bij een - geschat -
bevolkingstal van een 36.000 bewoners op het
Zuid-Limburgse platteland".
Deze redenatie is erg kortzichtig. Individuen tellen in
een tijd en een cultuur waarin de mens in de eerste plaats
een deel van zijn familie was.
Deze Bokkenrijders waren mensen van de streek. Zij hadden
daar ouders en kinderen, ooms en tantes, broers en zussen,
schoonbroers en schoonzussen, neven en nichten in maten en
soorten. Ieder individu had tientallen relaties die ook
getroffen werden door de materiële sancties en de schande.
Heel veel Bokkenrijders waren gezinshoofden en
kostwinners. De stand van onderzoek: 410 wa-ren getrouwd
èn hadden kinderen; van zo'n 640 van die kinderen is een
huwelijk bekend.
In gehuchten als Catsop en Retersbeek was na de processen
het merendeel van de gezinshoofden verdwenen. In Zuid
Limburg zal de maatschappelijke dreun groter geweest zijn
dan door de dienstplicht en oorlogen van Napoleon.
Over weduwen en wezen
Bij de ontdekking dat een paar voorouders Bokkenrijders
waren is de eerste reactie: "Ha, mensen waarmee iets
bijzonders aan de hand was.'
Een tweede reactie komt als je bedenkt hoe oud de kinderen
waren ten tijde van de terechtstelling van de vader: negen
of tien, misschien wel zestien jaar oud.
De vonnissen hielden meer in dan alleen lijfelijke
bestraffingen. De executies waren spektakelstukken gericht
op maximale vernedering en schande. Het bezit van de
veroordeelden werd in beslag genomen.
De weduwen en wezen moesten dus verder met helemaal niets.
Wie schrijft die blijft
Hoewel de groep getroffenen tamelijk groot moet zijn
geweest, heeft zij geen schriftelijke getuigenissen
nagelaten.
De naam en faam is zeer lang bepaald door de rechters en
de groep die hen na stond: de schrijvende klasse. Het
beeld dat zij geven is zo fel, zo negatief, zo zwart-wit
dat het wel verslagen lijken van een burgeroorlog of een
kruistocht.
Over de Kempense Bokkenrijders uit het Belgische Wellen en
omgeving zijn mondelinge overleveringen opgetekend. Type
Robin Hood tegen de sheriff van Nottingham. Positieve
verhalen dus.
In de landen van Overmaas is dat nooit gebeurd. We horen
niets ter verdediging van de Bokkenrijders, niets over het
harde bestaan van hun nakomelingen.
We zullen het moeten doen met wat er in de openbare
registers is opgetekend. En daar zijn ze te vinden: de
nakomelingen, maar ook de vluchtelingen en ballingen, die
terugkeerden in hun woonplaats en verder deel uitmaakten
van de dorpsgemeenschap. Toch niet zulke duivelsknechten
blijkbaar.
Zie ook Afstammelingen van de Bokkenrijders uit
Wellen (in een nieuw venster)
Naar boven
|